Om BTW te kunnen aftrekken, moet u BTW-ondernemer zijn. Dat klinkt logisch. Desondanks moet de rechter nogal eens uitspraak doen in zaken waar het voor betrokkenen blijkbaar anders werd uitgelegd, dan het begrip BTW-ondernemer rechtvaardigt.
De meeste problemen doen zich voor in de eenmanszaak. Het hof Arnhem-Leeuwarden zag onlangs weer een dergelijke zaak voorbij komen. Een ondernemer met een eenmanszaak liet een andere eenmanszaak (van zijn partner) in opdracht diensten voor zich uitvoeren. Echter, die dienstverlenende eenmanszaak had geen andere (grote) opdrachtgever en was daarmee vrijwel volledig afhankelijk van die ene opdrachtgever. Bovendien loopt de ondernemer in de dienstverlenende eenmanszaak niet hetzelfde risico als andere ondernemers lopen.
Mogelijk had er nog een ontsnappingsroute geweest als de dienstverlenende eenmanszaak investeringen zou hebben gedaan of reclame voor het eigen bedrijf had gemaakt. Ook dat bleek niet het geval. Conclusie: geen BTW-ondernemer en geen aftrek van BTW.
Wilt u meer weten over de eenmanszaak als rechtsvorm en het verschil met bijvoorbeeld de BV als rechtsvorm? Bel ons voor het maken van een afspraak.
Bron: TaxLive 26/1017 ECLI:NL:HR:2017:2673.