Het is in Nederland verboden om afspraken met elkaar te maken over de inhoud van een testament. Mensen die dat toch doen krijgen na overlijden vaak de deksel op de neus, als blijkt dat de afspraak niet geldig is, en ze geen enkel recht hebben als de afspraak niet wordt nagekomen.
Zo speelde er recent een geval bij de Rechtbank Den Haag. Een man en een vrouw hadden bij hun echtscheiding afgesproken dat de vrouw de woning van de man mocht blijven huren. De vrouw hoefde de maandelijkse huurtermijnen niet direct te betalen maar mocht ze verrekenen met een legaat van 100.000 wat de man voor haar in zijn testament zou opnemen. Als de man het testament niet maakt, gaat de vrouw naar de rechter een eist dat de man een testament maakt met het afgesproken legaat voor haar.
De rechter legt de vrouw uit dat hij de man niet kan dwingen om een legaat voor haar in zijn testament op te nemen, omdat het nou eenmaal verboden is in Nederland.
Wel kijkt de rechter naar de bedoelingen van het stel bij de afwikkeling van hun echtscheiding zoals deze blijken uit de schriftelijke afspraken. De rechter geeft aan dat de ongeldige afspraak wordt omgezet in andere afspraak, die op hetzelfde neerkomt. De vrouw krijgt een vordering op de man van 100.000 te verminderen met de huurtermijnen van 350 per maand. Het uiteindelijke bedrag kan de vrouw pas na het overlijden van de man opvorderen.
Uit dit voorbeeld blijkt dat het ook bij een echtscheiding zinvol is om de afspraken in het convenant met uw notaris te bespreken. Vaak moeten de bestaande testamenten na echtscheiding ook aangepast worden en spreekt u de notaris toch.
Bron: Rb. Den Haag 1 december 2016, RBDHA:2016:14624