Als de koper van een pand van plan is een andere bestemming aan het pand te geven, wil hij er zeker van kunnen zijn dat hij deze plannen ook kan verwezenlijken. Bij het sluiten van de koopovereenkomst is vaak nog niet bekend of een bouwvergunning voor het realiseren van de bestemming zal worden verleend.
Met het aanvragen van een bouwvergunning en het door de gemeente te nemen besluit tot verlening daarvan, is de nodige tijd gemoeid. De verkoper wenst hierop vaak niet te wachten. Hij ontvangt dan immers ook later zijn koopsom. In die gevallen kunnen partijen besluiten de overdracht te laten plaatsvinden, ook al is de bouwvergunning nog niet onherroepelijk verleend. In de overdrachtsakte wordt dan de voorwaarde opgenomen, dat de koop en levering is ontbonden, als niet binnen een bepaalde periode de bouwvergunning is verleend. De onroerende zaak wordt dan weer terug geleverd aan de verkoper. De koper kan dan vervolgens een beroep doen op het bepaalde in artikel 19 lid 1 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer. De door de koper bij de overdracht door hem betaalde overdrachtsbelasting wordt dan terug gegeven.
De voorwaarden waaronder deze teruggaaf kan plaatsvinden, is duidelijk in de wet omschreven. Belangrijk criterium daarbij is, dat de toestand van vóór de overdracht aan de koper zowel feitelijk als rechtens wordt hersteld. De koopsom moet zijn teruggestort en de verkoper moet weer volledig eigenaar zijn geworden van het pand.
Bovendien moet er sprake zijn van een ontbindende voorwaarde in de akte en het verzoek om teruggaaf moet binnen 3 maanden na afloop van het kalenderjaar waarin het recht op teruggaaf is ontstaan zijn ingediend.
Wilt u meer weten over dit onderwerp? Maak dan een afspraak met ons kantoor. Wij zijn u graag van dienst.
Bron: Rechtbank Gelderland, 18 november 2014, NTFR 2014/2888