Getrouwde ondernemers kunnen bij borgstelling soms voor onverwachte zakelijke verrassingen komen te staan. Persoonlijke borgstelling in het zakelijke verkeer is niet ongebruikelijk, maar daar is op grond van de wet toestemming van de echtgenoot of echtgenote voor nodig. Als die toestemming niet wordt geregeld, vist de schuldeiser uiteindelijk achter het net.
Het Hof Arnhem-Leeuwarden kreeg eind vorig jaar een dergelijke zaak voorgeschoteld. De bestuurder van een bv had zich borg gesteld voor een verplichting aan de bank, namelijk het terugbetalen van een lening. Toen de bank hem daar uiteindelijk op aansprak, vroeg de echtgenote van de ondernemer vernietiging van de borgstelling omdat zij daarvoor geen toestemming had gegeven, zij had de borgstelling niet mede-ondertekend.
De vraag die zich voordoet bij de beoordeling van die eis is of de borgstelling verband hield met het normale beheer of de managementactiviteiten in de bv.
Toestemming van de echtgenoot of echtgenote is niet nodig als de verplichting is aangegaan door een bestuurder van een bv die alleen of samen met zijn medebestuurders de meerderheid van de aandelen bezit. Aanvullend daar op geldt ook dat de handeling waarvoor de verplichting is aangegaan, gedaan is in het kader van de normale uitoefening van het bedrijf van die vennootschap.
In de zaak die voor het hof diende, was van dat laatste geen sprake. Aangezien de echtgenote geen toestemming had verleend, waren zij en haar echtgenoot niet in privé aansprakelijk voor de vordering van de bank.
Wilt u meer weten over borgstelling en de risicos die u daarmee privé loopt? Bel ons voor het maken van een afspraak.
Bron: Opmaat voor het Notariaat, nieuws 3 maart 16; ECLI:NL:GHARL:2015:5812