Bij de beantwoording van de vraag of het gaat om een bruikleen- dan wel een huurovereenkomst speelt de benaming van de overeenkomst geen rol. Hetgeen partijen met de overeenkomst hebben bedoeld, is van doorslaggevend belang. Kenmerkend voor een bruikleenovereenkomst is dat het gaat het om het gebruik van een onroerende zaak, zonder tegenprestatie, terwijl bij een huurovereenkomst voor het verlenen van het recht van gebruik, door de gebruiker een tegenprestatie wordt voldaan. Dat bleek in een zaak voor het Gerechtshof Amsterdam in april van dit jaar.
Door de gemeente was in september 2010 een overeenkomst gesloten over het gebruik van een perceel, waarop de gebruiker een woonwagen met toiletunie plaatste. Voor het gebruik van het toilet, water en elektra hield de gemeente elke maand een bedrag van 300,00 op de uitkering van de gebruiker in. De overeenkomst werd door de partijen betiteld als bruikleenovereenkomst die vervolgens door de gemeente per 19 december 2013 opgezegd, omdat voor dit perceel een nieuw bestemmingsplan zou worden vastgesteld.
Aangezien de gebruiker het perceel niet ontruimde, werd een kortgedingprocedure aangespannen. De kortgedingrechter veroordeelde de gebruiker tot ontruiming.
In hoger beroep oordeelde het gerechtshof dat er sprake is van een huurovereenkomst als de eigenaar van de zaak zich verplicht aan de andere partij een zaak in gebruik af te geven, waartegenover de andere partij zich verplicht een tegenprestatie te voldoen. Dat was volgens het gerechtshof hier het geval. De vergoeding voor het gebruik van water en elektra was zodanig hoog, dat moet worden verondersteld dat in het bedrag van 300,00 ook een gedeelte als huurvergoeding was opgenomen. Een huurovereenkomst komt niet ten einde door een bepaalde tijdsverloop en dus moet worden geconcludeerd dat de huurovereenkomst, ondanks opzegging door de gemeente, bleef voortbestaan.
Bent u voornemens een onroerende zaak aan een ander in gebruik te geven? Vraag dan de notaris om de bedoeling van de partijen en de daaruit voortvloeiende consequenties in de overeenkomst op te nemen. Zo voorkomt u een gang naar de rechter.
Bron: Gerechtshof Amsterdam, 28 april 2015, GHAMS:2015:1595