Samengestelde gezinnen komen steeds vaker voor. Daardoor zien we ook steeds vaker dat stiefkinderen tegenover stiefouders komen te staan bij de afhandeling van een erfenis. Ook al is er een goed testament, de uitvoering van het testament kan te wensen overlaten, waardoor er alsnog onenigheid ontstaat.
Zo moest de rechter onlangs oordelen over een nalatenschap van een in 2014 overleden vader. Hij had in zijn testament zijn tweede echtgenote tot enig erfgenaam en executeur benoemd. De kinderen moesten wachten op hun erfdeel in de erfenis van vader, maar het erfdeel uit de erfenis van hun moeder konden zij door het overlijden van vader wel opeisen.
Tot grote verbazing van de kinderen bleek er niet voldoende geld aanwezig te zijn om het erfdeel van hun moeder op te eisen. De stiefmoeder had namelijk een woning uit de nalatenschap voor € 150.000 aan een bevriende relatie verkocht, en de relatie verkocht de woning enkele maanden later voor bijna het dubbele door. De kinderen stapten naar de rechter en die stelde de kinderen in het gelijk. De rechter oordeelde dat de stiefmoeder en de bevriende relatie wisten of hadden behoren te weten dat de verkoop van de woning tegen de lage prijs tot een tekort zou leiden, terwijl het mogelijk was geweest om de woning voor meer te verkopen.
Deze stiefmoeder maakte het wel heel erg bont, maar het blijft een feit dat een nalatenschap waarbij stieffamilie het met elkaar eens moet worden, vaak een voedingsbodem voor problemen is. Verwacht u problemen bij de afwikkeling van een nalatenschap, schakel dan tijdig een notaris in die u kan voorlichten en begeleiden.
Bron: Notamail, 1 oktober 2019, nr. 222, Rb. Rotterdam 25 september 2019, nr. C/10/502177/HA ZA 16-515 (ECLI:NL:RBROT:2019:7531).